In den hevigen storm van 12 op 13 januari 1856 is ten Noorden van Noordwijk het schip 'Cornelia' van D.Taat te Katwijk aan Zee gestrand en vervolgens aan stukken geslagen.
Voorts zijn 25 haringschuiten gedwongen geweest de visserij te verlaten, sommigen met verlies van haar vleeten of beschadigingen aan haar boten.
Voorts is de 15de te 5 uur bij Zierikzee gestrand de Engelse Brik Delmi, kapitein William Seivell van Arundel, van de rederij Marshal and Frey. De reddingsboot heeft de 9 koppige bemanning van boord gehaald.